Tot gisteravond laat spraken we in de raadscommissie over de opvang van statushouders en vluchtelingen. Het was goed om te zien dat we in onze stad dit gesprek op een normale manier met elkaar kunnen voeren, ook al zijn we het niet allemaal met elkaar eens. Wat ik namens GroenLinks heb ingebracht kun je elders op onze site lezen. Toen ik naar huis fietste bedacht ik me hoe het zou zijn om, na gevlucht te zijn voor oorlog en geweld, in een AZC of tentenkamp nog tot het eind van het jaar te moeten wachten totdat we in Den Haag zo ver zijn dat we onze toegezegde huisvesting op orde hebben. En ik kan me alleen maar bedenken dat zoiets vreselijk moet zijn, daarom maak ik me zorgen over het tempo waarmee dit vraagstuk wordt aangepakt.

Eerder deze week hadden we met dezelfde raadscommissie een werkbespreking over de agenda Ruimte voor de Stad. Deze nota moet richting gaan geven aan hoe we ons als stad tot 2040 gaan ontwikkelen. Dit college constateert dat Den Haag doorgroeit tot 600.000 inwoners. Dit kan voor een deel worden opgevangen door leegstaande kantoren om te bouwen tot woningen, maar het betekent ook dat er zeker 30.000 nieuwe woningen bij moeten komen. En de discussie gaat dan ook over waar deze extra woningen moeten komen.

Als GroenLinkser vind ik dit een vreemd uitgangspunt. De fundamentele vraag is of we die economische en ruimtelijke groei wel moeten nastreven, ik zet liever het welzijn en de leefbaarheid in onze stad centraal. Dit gaan interessante debatten worden.