Op 16 juli 2008 heeft Heleen Weening het college schriftelijke vragen gesteld over de gang van zaken rond de vergunningverlening voor Norfolk Open. De vragen zijn niet geheel naar tevredenheid beantwoord en daarom heeft Heleen Weening vervolgvragen gesteld aan het college.
De eerste vragen gingen over lawaaioverlast en overschrijding van de normen voor de luchtkwaliteit tijdens een evenement met helikoptervluchten, muziek en verkeer op het Norfolkterrein. Dit terrein grenst aan het beschermde natuurgebied Westduinpark, een Natura 2000-gebied. Om dit natuurgebied te beschermen vindt GroenLinks het belangrijk dat voor evenementen op het Norfolkterrein de procdures zorgvuldig worden doorlopen.
In de beantwoording van onze vragen bevestigt het college dat onacceptabele vertraging is opgetreden bij het publiceren van de aanvraag voor een evenementenvergunning op het terrein. In onze vervolgvragen gaan we in op de mogelijkheid om bezwaar te maken nadat een evenement al heeft plaatsgevonden, en in hoeverre dat zinvol is, de vraag wie beoordeelt of de wet milieubeheer van toepassing is en hoe dat wordt getoetst, de vraag of het natuurgebied daadwerkelijk schade heeft ondervonden en de gang van zaken rond een stuntshow met motoren die eind augustus plaats heeft gevonden.
Dit zijn de vervolgvragen die Heleen Weening heeft gesteld:
1. Het college geeft bij de beantwoording van vraag 5 aan dat een bezwaarschriftprocedure geen schorsende werking heeft op een evenement, maar wijst expliciet op de mogelijkheid voor belanghebbenden om tot 6 weken na het evenement bezwaar te maken.
- In hoeverre acht het college dit, in het algemeen, zinvol voor belanghebbenden?
- Wat zijn de gevolgen als een bezwaar achteraf gegrond wordt verklaard terwijl het evenement al heeft plaatsgevonden?
2. In de beantwoording van vraag 6 heb ik gevraagd om een toelichting op de overweging geen milieuvergunning aan te vragen voor geplande helikoptervluchten, muziek en verkeer. In de beantwoording wordt alleen op de helikoptervluchten ingegaan en een beoordeling door DSB / Milieu en Vergunningen genoemd, zonder toelichting.
- Kan het college ook ingaan op de te verwachten overlast door muziek en verkeer tijdens het evenement?
- Op basis van welke argumenten heeft DSB / Milieu en Vergunningen geoordeeld dat de Wet Milieubeheer niet van toepassing is?
- In hoeverre is DSB / Milieu en Vergunningen bevoegd zelf te oordelen of de Wet Milieubeheer al dan niet van toepassing is en op welke wijze kan dit oordeel worden getoetst?
3. In de beantwoording van vraag 10 lijkt een zin te zijn weggevallen, waardoor geen antwoord wordt gegeven op de vraag.
- Wil het college deze vraag alsnog beantwoorden?
4. Op 23 en 24 augustus jl. heeft opnieuw een evenement met motoren, auto’s, quads en monstertrucks (een zgn. stuntshow) plaatsgevonden op het Norfolkterrein.
- Ons is ter ore gekomen dat de evenementenvergunning niet is gepubliceerd voordat het evenement heeft plaatsgevonden, en dat daardoor de mogelijkheid om bezwaar te maken is gefrustreerd. Klopt dit?
- Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de beantwoording van de vragen 9 en 11 door het college?
De beantwoording van de schriftelijke vragen van 16 juli 2008:
Het raadslid Heleen Weening van de GroenLinks-fractie heeft op 16 juli 2008 een brief met daarin elf vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Ingevolge het bepaalde in artikel 38, van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, antwoorden wij als volgt.
Op zaterdag 5 juli jl. is het Norfolkterrein bij Scheveningen op feestelijke wijze tot evenementenlocatie gebombardeerd, zo was te lezen in AD Haagsche Courant van 7 juli 2008. Er waren optredens op een buitenpodium, activiteiten in de hallen en vanaf het terrein werden helikoptervluchten gehouden. Het Norfolkterrein grenst aan het beschermde natuurgebied Westduinpark, een zgn. Natura 2000-gebied. GroenLinks vindt het belangrijk dat voor activiteiten op het Norfolkterrein de gangbare vergunningsprocedures worden doorlopen, zodat de bescherming van dit natuurgebied gegarandeerd is.
1. Is een wijziging van het bestemmingsplan nodig om evenementen op het Norfolkterrein mogelijk te maken? Volgens welke procedure is deze wijziging in gang gezet? Welke mogelijkheden heeft het college aan belanghebbenden geboden om bezwaar te maken tegen wijziging van het bestemmingsplan?
Een definitieve wijziging in het bestemmingsplan is niet nodig. Met een evenementenvergunning kunnen de activiteiten van een evenement worden geregeld. Omdat er tijdelijk op structurele basis evenementen gaan plaatsvinden (tot het moment waarop het gebied benodigd is voor bouwactiviteiten), is er tevens een verzoek tot vrijstelling van het vigerende bestemmingsplan op 26 mei 2008 ingediend. De procedure is in gang gezet volgens artikel 17 WRO (tijdelijke vrijstelling van het bestemmingsplan). De looptijd van deze vrijstellingsaanvraag is circa 12 weken. Op 10 juli 2008 is bericht ontvangen dat aanvullende documenten zijn vereist. Na de volledige indiening zal het verzoek worden gepubliceerd in de Posthoorn en 6 weken ter inzage worden gelegd op het Stadsdeelkantoor Scheveningen ter indiening van eventuele zienswijzen. Na afloop van de termijn van de ter inzagelegging worden de zienswijzen beoordeeld en wordt het besluit genomen. Eventuele bezwaren kunnen na de publicatie in de Posthoorn worden ingediend.
2. Door de organisator van het evenement Norfolk Open is op vrijdag 23 mei jl. een evenementenvergunning aangevraagd. Kan het college verklaren waarom publicatie in de Posthoorn pas op woensdag 2 juli jl. heeft plaatsgevonden?
3. Bij publicatie van de aanvraag van de evenementenvergunning in de Posthoorn op 2 juli jl. is vermeld dat de stukken vanaf 3 juli jl. gedurende twee weken konden worden ingezien. Waarom is hierbij niet expliciet vermeld dat het evenement op zaterdag 5 juli al zou plaatsvinden en burgers dus maar 2 dagen de tijd hadden om de stukken in te zien?
4. Door publicatie van de aanvraag van de evenementenvergunning in de Posthoorn slechts 3 dagen voorafgaand aan het evenement is de termijn voor het indienen van zienswijzen aanmerkelijk verkort. Kan het college verklaren waarom hiervoor is gekozen, overwegende dat de evenementenvergunning al op 23 mei jl. was aangevraagd?
Door de overdracht van de verantwoordelijkheid voor de afhandeling van de vergunningverlening per 1 juni naar een nieuwe centrale afdeling is vertraging opgelopen en is het aanvraagdossier voor het evenement Norfolk Open pas op 18 juni in beeld gekomen. De nieuwe werkwijze moet voorkomen dat dit soort onacceptabele vertragingen bij toekomstige aanvragen zal optreden. Uit het dossier blijkt dat gepland was de publicatie op 26 juni 2008 in de Posthoorn te doen verschijnen. Helaas bleek dit niet meer haalbaar en is ervoor gekozen om toch nog op 2 juli 2008 te publiceren. Op deze wijze is belanghebbenden toch de mogelijkheid geboden om een zienswijze kenbaar te maken. Van deze mogelijkheid is gebruik gemaakt. Overigens hebben de stukken betreffende deze aanvraag wel de volledige twee weken ter inzage gelegen.
5. Welke mogelijkheden heeft het college aan belanghebbenden geboden om bezwaar te maken tegen de evenementenvergunning voor Norfolk Open?
Een ieder die naar aanleiding van de publicatie in de Posthoorn een zienswijze heeft ingediend, is voorafgaande aan het evenement voorzien van een afschrift van de verstrekte vergunning. Met deze vergunning hebben zij de gelegenheid gehad om eventueel een voorlopige voorziening bij de rechter te vragen. In aanvulling hierop verdient het vermelding dat een bezwaarschriftprocedure géén schorsende werking heeft op het evenement. Tenslotte blijft het voor belanghebbenden mogelijk om tot zes weken na het evenement bezwaar te maken.
6. Door de geplande helikoptervluchten, muziek en verkeer, was lawaaioverlast en overschrijding van de normen voor de luchtkwaliteit tijdens Norfolk Open te verwachten. Waarom is ervoor gekozen geen milieuvergunning voor het evenement aan te vragen?
Door DSB/Milieu en Vergunningen is een beoordeling gemaakt van de activiteiten van Heliplan voor wat betreft de helikoptervluchten. Deze afdeling heeft aangegeven dat de Wet Milieubeheer niet van toepassing is op deze vluchten. Voor de overige onderdelen van het Norfolk Open is een evenementenvergunning aangevraagd.
7. Is het evenement Norfolk Open, met te verwachten geluidsverstoring door helikopters, muziek en verkeer, vooraf getoetst aan de Flora- en Faunawet? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat was de uitkomst?
8. De Natuurbeschermingswet kent externe werking zodat activiteiten buiten het gebied met negatieve effecten op het gebied geen doorgang mogen vinden. Op welke wijze is vooraf onderzocht of het evenement Norfolk Open negatieve effecten op het beschermde natuurgebied Westduinpark met zich mee zou brengen? Was een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet in dit geval vereist? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze is goedkeuring van het bevoegd gezag (Provincie Zuid-Holland) verkregen?
Het verkrijgen van een ontheffing van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Flora- en faunawet) en de provincie Zuid-Holland (Natuurbeschermingswet) is een verantwoordelijkheid van de organisator van het evenement. Om deze organisator te faciliteren is vanuit de gemeente contact gelegd met de provincie Zuid-Holland voor wat betreft de Natuurbeschermingswet. De provincie heeft ambtelijk aangegeven geen aanleiding te zien om het evenement en de helikoptervluchten (mits niet direct boven het Westduinpark) te verbieden, omdat op voorhand niet te verwachten is dat er sprake zal zijn van nadelige effecten op het natuurgebied en de flora en fauna daar. Voor wat betreft de Flora- en faunawet heeft géén contact plaatsgevonden met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Een toets van de relevante verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet gaf, mede in het licht van het groene licht in het kader van de Natuurbeschermingswet, geen aanleiding om te veronderstellen dat het natuurgebied zou worden verstoord.
9. Hoe beoordeelt het college de wijze waarop de gangbare vergunningsprocedures zijn doorlopen bij Norfolk Open?
Het heeft te lang geduurd voordat de evenementenvergunning is gepubliceerd. Bij het antwoord op vraag 2 is aangegeven wat de oorzaak van deze vertraging is. Het college betreurt de gang van zaken in de eerste fase van de aanvraag en zal erop toe zien dat dergelijke vertragingen bij toekomstige gevallen niet meer voorkomen.
10. In welke mate kan het college garanderen dat door het evenement Norfolk Open geen negatieve effecten op het natuurgebied Westduinpark zijn opgetreden?
Het voor de Natuurbeschermingswet verantwoordelijke bestuursorgaan, de provincie Zuid-Holland, heeft echter in de vergunningaanvraag voor het evenement Norfolk Open geen aanleiding gezien om het evenement te verbieden of aan banden te leggen.
11. Is het college met GroenLinks van mening dat in dit geval geen zorgvuldige afhandeling van de gangbare vergunningsprocedures heeft plaatsgevonden en zo ja, welke maatregelen heeft het college genomen om dit in de toekomst te voorkomen?
Zie beantwoording vraag 9.
Het college van burgemeester en wethouders,
de locosecretaris, de burgemeester,
S. Broers J.J. van Aartsen