Seksueel geweld wordt nog steeds als oorlogsinstrument gebruikt, met daders die niet vervolgd worden en slachtoffers die er niet over durven te praten. Een meerderheid van de Haagse gemeenteraad heeft zich achter het voorstel van GroenLinks-raadslid Inge Vianen geschaard om in de stad van vrede en recht een monument voor slachtoffers van seksueel geweld te realiseren. Met een monument moet worden voorkomen dat deze oorlogsmisdaden nog langer over het hoofd worden gezien. En het kan dienen als herdenkingsplaats.
Het College zegt zich neutraal op te willen stellen in specifieke internationale conflictsituaties en kiest daarom liever voor een algemeen monument ter nagedachtenis aan alle slachtoffers van oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide.
Vianen: “Het College zegt eigenlijk: ‘Prima, een monument, maar dan wel een algemenere. Wij willen uitzoeken of het in de buurt van het Internationaal Stafhof kan komen en verder doen we niks’. Bovendien is het argument van neutraliteit onbegrijpelijk. Het is teleurstellend dat het College een meerderheid in de gemeenteraad negeert en niet actiever aan de slag wil. Het College kan ook op zoek gaan naar financiële steun, van bijvoorbeeld de Rotary of het Rijk, om een statement te maken in dé stad van vrede en recht.”
Niet alleen GroenLinks, maar ook CDA, PvdA, HSP, PvdD, PPS, Islam Democraten en de VVD hebben het College gevraagd zich in te zetten voor een monument voor de grote groep vergeten slachtoffers van seksueel geweld in oorlogssituaties.
De vragen, met de antwoorden van het College leest u in bijgevoegd document (pdf).