Ik realiseer me heel goed dat we vandaag een zeer gevoelig onderwerp bespreken. Het werk van de politie staat onder grote druk terwijl zij de ongelofelijk complexe taak heeft om de openbare orde en veiligheid te bewaken. Het werk van al die agenten die elke dag weer de straat op gaan is heel veel omvattend en helemaal niet eenvoudig. Het toenemende geweld tegen de politie zorgt er ook nog eens voor dat hun taak nog veel complexer is dan vroeger. Maar voorzitter, dat neemt niet weg dat GroenLinks vindt dat de lat voor de politie extra hoog ligt als het gaat over de manier waarop onze openbare orde bewaakt wordt. Al is het maar de schijn van discriminatie en van excessief geweld: het moet vermeden worden, juist omdat iedereen vertrouwen moet kunnen hebben in de politie.
Tegen die achtergrond is GroenLinks diep geschokt door het fatale ingrijpen van vijf Haagse agenten anderhalve week geleden. Zoals het er nu naar uitziet is de heer Henriquez door verwurging om het leven gekomen. Dat is schokkend. In Nederland is het recht om geweld toe te passen voorbehouden aan de staat en dat geweldsmonopolie staat in dienst van het bewaken van de orde en het garanderen van de veiligheid van alle burgers. Het lijkt erop dat er op zaterdag 27 juni buitensporig veel geweld is gebruikt met de dood als gevolg. Wij maken ons daar grote, grote zorgen over. Het is niet de eerste keer dat de politie in Den Haag in opspraak is over het gebruik van geweld. Dan denk ik bijvoorbeeld aan Oubayda Jab Allah. Vorig jaar werd tegen deze 14-jarige Hagenaar geweld gebruikt zonder dat de camerabeelden duidelijk maken wat de noodzaak daartoe was. En er zijn meer klachten.
Voorzitter, het is opvallend, en dan zeg ik het nog vriendelijk, dat er in deze beide zaken op “creatieve” wijze met de feiten wordt omgegaan. In het eerste persbericht van het OM over de gebeurtenissen in het Zuiderpark werd gesteld dat de heer Henriquez onwel werd tijdens de rit in het politiebusje. Uit de filmbeelden blijkt dit echter niet zo te zijn. Ook in de zaak Oubayda Jab Allah deed de politie voorkomen alsof deze jongen de agenten in hun werk hinderde. Uit camerabeelden bleek een hele andere situatie. Ik wil vandaag een goede uitleg horen over hoe dit kan gebeuren en waarom het OM de zaak van Oubayda Jab Allah nog steeds niet in behandeling heeft genomen.
Voorzitter, GroenLinks pleit ervoor om de inspectie Veiligheid en Justitie te laten onderzoeken hoe het geweldsmonopolie door de politie in Den Haag wordt toegepast. Niet alleen de zaak Henriquez moet daarin worden meegenomen, maar ook andere zaken die bij ons bekend zijn. Ik hoor graag van de burgemeester of hij bereid is een dergelijk onderzoek aan te vragen en toch tenminste voor te stellen om de nekklem af te schaffen.
En dan de rellen die vorige week de hele week het gezicht van onze stad hebben bepaald. Hoewel de rellen zich afspeelden in de Schilderswijk hadden ze niet zozeer te maken met de wijk zelf, maar veel meer met de gevoelens die in onze stad leven onder grote groepen mensen met een migrantenachtergrond. Al lange tijd is er sprake van weinig vertrouwen in de politie Den Haag. Verhalen doen de ronde over het gebruik van buitensporig geweld en discriminatie door de politie. Veel jongeren in onze stad met een migrantenachtergrond voelen zich buitengesloten en gediscrimineerd, door de politie maar ook op andere vlakken. En dat is niet ten onrechte: een paar weken geleden nog bleek dat een jongere met een Marokkaanse achtergrond twee keer zo vaak wordt afgewezen voor een baan als een autochtone jongere met dezelfde opleiding en werkervaring.
Laat ik duidelijk zijn voorzitter, GroenLinks keurt de rellen af. Geweld is niet de manier om je ongenoegen te laten blijken. Maar ik moet constateren dat de basis voor de rellen er onder andere een is van grote onvrede met de politie in Den Haag en een breuk in het vertrouwen tussen burgers en politie. Ook uit onderzoek van het sociaal cultureel planbureau kwam vorig jaar naar voren dat een derde van de Marokkaanse en Turkse Nederlanders zich gediscrimineerd voelt in contact met de politie. Dat kan niet zo blijven. De legitimiteit van de politie en het respect voor de politie zijn van groot belang bij het uitoefenen van haar taken. Elke schijn van discriminatie moet door de politie vermeden worden omdat iedereen, van welke culturele achtergrond dan ook, vertrouwen moet kunnen hebben in de bescherming van de politie. En juist daarom vind ik ook dat er een signaal moet komen dat de gevoelens van deze mensen serieus worden genomen. Net zomin als het zin heeft om rellen te schoppen, heeft het zin om klachten van burgers terzijde te schuiven.
De opmerking van de heer Rutte over achterlijke gladiolen vind ik in dat licht dan ook een minister-president onwaardig. Hij schuift in een keer een hele grote groep verontruste burgers aan de kant. Een uitspraak van de burgemeester dat er geen racisme zou bestaan in het politieapparaat vind ik niet passend en ook ver verwijderd van de realiteit. In elk bedrijf komen bewuste of onbewuste vooroordelen voor. Ook bij de politie. En het is de nu de vraag hoe we daarmee omgaan. Wat GroenLinks betreft wordt ook die onderzoeksvraag uitgezet bij de inspectie Veiligheid en Justitie. Hoe zijn stereotype beelden van invloed op het inschatten van risico’s en de houding van agenten? Wat gaan we doen om de gevoelens van discriminatie weg te nemen en welke maatregelen kunnen we nemen om bijvoorbeeld etnisch profileren te voorkomen. Hoe bouwen we het vertrouwen weer op? Dat zijn zaken die ook door de inspectie moeten worden meegenomen. Ik dien twee moties in voor maatregelen op het gebied van etnisch profileren zoals bijvoorbeeld het gebruik van stopformulieren zoals aangeraden wordt door specialisten zoals Cankaya en Mutsaers. Ik wacht de beantwoording op mijn vragen in de eerste termijn af.