De aanloop naar de Beschouwingen is voor mij altijd een logisch moment om weer eens na te denken waarom ik in de gemeenteraad zit. En dat is om dingen te veranderen. Ik begon mijn bijdrage daarom ook door te citeren uit “Changes”, een lied van mijn muzikale held David Bowie. In mijn betoog zette ik uiteen dat de klimaatcrisis én de enorme ongelijkheid in de stad veranderingen noodzakelijk maken. Veranderingen die ook moeten leiden tot meer solidariteit. In dat licht benadrukte ik dat wat GroenLinks betreft we als Den Haag meer dan bereid zijn om meer vluchtelingen uit Moria op te vangen dan het schamele aantal waar het Kabinet toe besloten heeft.

Een thema waar zeker ook veranderingen nodig zijn is de manier waarop bewoners betrokken worden bij de besluiten die in het stadhuis genomen worden. Veel bewoners voelen zich weinig gehoord, terwijl veel keuzes die we in de gemeenteraad maken hen direct raken. In mijn pleidooi in de Raad heb ik daarbij gewaarschuwd voor de gevaren van de zogenaamde ombudspolitiek waar collega Richard de Mos prat op gaat en er nu zelfs landelijk mee denkt te kunnen scoren. De kern van ombudspolitiek is dat je als bewoner of ondernemer met je klacht bij een raadslid aanklopt en dat het dan voor jou snel even opgelost wordt. Dat klinkt sympathiek, maar er kleven grote gevaren aan.

Zo wil ik niet dat alleen de klachten van mensen met de grootste mond of het beste netwerk worden opgepakt, maar ik wil dat álle klachten van alle mensen serieus worden behandeld. Het oplossen van klachten en het betrekken van onze bewoners moet een algemene taak zijn van de gemeente en niet iets dat we aan losse politieke partijen overlaten. Daarbij komt dat het besturen van een stad meer is dan een optelsom van individuele belangen, hoe legitiem die ook kunnen zijn: we moeten juist ook oog hebben voor het belang van de stad als geheel en op de langere termijn. We moeten als politiek dus niet alleen oog hebben voor de wensen van een ondernemer of bewoner in een bepaalde straat, maar we moeten ook natuur beschermen, de gelijkwaardigheid bevorderen, de verrommeling tegengaan en zorgen dat we een leefbare stad doorgeven aan onze kinderen. We kunnen nu eenmaal niet allemaal een eigen parkeerplaats voor de deur krijgen, want dan kunnen de kinderen van een stukje verderop in de wijk nergens meer spelen. Als politiek gaan we over de verdeling van schaarse ruimte en middelen en dat dat betekent dus ook dat soms dingen niet kunnen.

Daarbij komt dat bij ombudspolitiek het cliëntelisme op de loer ligt. En los van dat dit mogelijk strafbaar kan zijn, vind ik dat we in de politiek weg moeten blijven van het doen van toezeggingen waarmee je individuele bewoners of bedrijven op wat voor manier dan ook bevoordeeld. Je komt dan heel snel op een glijdende schaal terecht waarbij het algemeen belang uit het oog wordt verloren. Je zou denken dat Richard de Mos inmiddels een gewaarschuwd man zou moeten zijn, maar bij de Beschouwingen bleek hij nogal hardleers. Hij pleitte voor de komst van Plopsaland naar Den Haag en diende ten faveure van dit bedrijf zelfs een motie in. De directeur van de Belgische Plopsa Group heeft eerder aangegeven dat een plek naast sportcentrum Uithof (op een plek waar nu nog arbeidsmigranten gehuisvest zijn) de meest geschikte locatie zou zijn voor de bouw van een waterpark, waarbij hij aangaf uit te kijken naar een intensieve samenwerking met de Uithof.  Inmiddels weten we dat bij de verkiezingen van 2018 de directeur van de Uithof niet alleen de campagnebus maar ook de veelbesproken reclamezuil van GroepdeMos langs de A12 betaald heeft... Plopperdeplop, zie hier het gevaar van ombudspolitiek: was deze motie in het algemene belang van de stad of wogen individuele belangen van ondernemers hier zwaarder?

Wat moeten we dan wèl doen om bewoners en bedrijven beter te betrekken? Naast dat iedereen die een klacht of vraag heeft adequaat terecht moet kunnen bij het juiste loket, is het állerbelangrijkste dat we bewoners veel eerder en actiever betrekken bij de afwegingen die we maken en de besluiten die we nemen. En dat is ook niet nieuw natuurlijk, we zijn hier al een tijd serieus mee bezig. Als GroenLinks zetten we ons al jaren in om echt zichtbaar en benaderbaar te zijn in de stad. Ook doet het stadsbestuur ervaringen op met wijkbudgetten, ‘right to challenge’ en adviesgroepen rondom heikele thema’s. Maar het is nu tijd om door te pakken en iedereen in de stad structureel vanaf het begin bij de ontwerpen, planvorming en besluitvorming te betrekken. Dat vergt een verandering, maar leidt –in tegenstelling tot ombudspolitiek- wél tot breed gedragen plannen waarbij álle belangen eerlijk worden gewogen.

Tot snel weer. Houd je haaks, houd afstand en blijf gezond!